Het scholingsbeding

Wat is een scholingsbeding?

In een scholingsbeding bepaal je als werkgever dat een werknemer, die gedurende de samenwerking een specifieke opleiding volgt op jouw kosten, zich ertoe verbindt om een gedeelte van de kosten terug te betalen indien hij de onderneming verlaat voor het einde van de overeengekomen periode.

Wat zijn de voorwaarden?

  1. Het beding kan enkel voorzien worden in een contract van onbepaalde duur (deeltijds of voltijds, arbeider of bediende maakt verder geen verschil).
  2. Het bruto jaarloon (bedragen op 01.01.2025) van de werknemer op wie het beding van toepassing is, moet hoger zijn dan 43.106 euro. Bij een deeltijdse werknemer wordt dit bedrag proportioneel verlaagd.

    Opgelet! Deze voorwaarde is niet van toepassing wanneer het gaat om een functie die voorkomt op de lijst van knelpuntberoepen! Voor de horecasector zijn dit volgende functies (update 2025):
    - Manager hotel restaurant
    - Verantwoordelijke hotel restaurant
    - Hotelreceptionist
    - Chef-kok (grootkeuken)
    - Hulpkok (grootkeuken)
    - Keukenmedewerker
    - Maître d’hôtel
    - Barman
    - Kelner restaurant
    - Kelner brasserie
    - Medewerker fastfood
    - Hulpkelner
    - Polyvalent hotelmedewerker
    - Kamerjongen/kamermeisje
    - Afwasser
     
  3. Tijdens de vorming verwerft de werknemer nieuwe competenties die hij ook buiten de onderneming kan gebruiken.
  4. De vorming duurt ofwel tenminste 80 uren of heeft een waarde hoger dan het dubbel van het gemiddeld minimum maandinkomen.
  5. De vorming mag niet voortvloeien uit een wettelijke bepaling om het beroep waarvoor de werknemer werd aangeworven te kunnen uitoefenen, tenzij het gaat om een opleiding die betrekking heeft op een functie voorkomt op de lijst van knelpuntberoepen (zie boven).
  6. Een scholingsbeding wordt verplicht schriftelijk opgesteld en voor elke werknemer afzonderlijk.
  7. In het beding staat:
  • een omschrijving van de vorming;
  • de kost van de vorming;
  • de begindatum en geldigheidsduur van het scholingsbeding. De duur mag niet langer dan 3 jaar zijn en wordt proportioneel vastgesteld rekening houdend met de kost en de duur van de opleiding. Bijvoorbeeld: een korte opleiding waar weinig kosten aan gekoppeld zijn, kan geen voorwerp uitmaken van een scholingsbeding van 3 jaar.
  • het terug te betalen bedrag van een gedeelte van de kosten wanneer de werknemer de onderneming zou verlaten.
     

Uitwerking voor de werkgever

Als je werknemer de onderneming verlaat voor de einddatum van het beding, dan kan je als werkgever het in het contract voorziene bedrag van terugbetaling vragen.

Dit bedrag mag in geen geval meer bedragen dan:

  • 80% van de opleidingskost in geval van vertrek voor 1/3de van de overeengekomen periode;
  • 50% van de opleidingskost in geval van vertrek tussen 1/3de en 2/3de van de overeengekomen periode;
  • 20% van de opleidingskost in geval van vertrek na 2/3de van de overeengekomen periode.

Bovendien mag het terug te betalen bedrag nooit meer dan 30% zijn van het jaarlijkse (bruto)loon van de werknemer. 

Het beding heeft geen uitwerking wanneer er een einde wordt gesteld aan de samenwerking:

  • tijdens de opleiding;
  • bij ontslag door jou als werkgever (zonder dringende reden);
  • gedurende de eerste 6 maanden vanaf de start van de overeenkomst.