Wat is een niet-concurrentiebeding?

Een niet-concurrentiebeding is een clausule in de arbeidsovereenkomst waarbij de werknemer belooft om – na zijn vertrek uit de onderneming – geen gelijkaardige activiteit uit te oefenen gedurende een bepaalde periode.

Het kan gaan om een gelijkaardige functie bij een concurrent of een gelijkaardige zaak opstarten. 

Wat zijn de voorwaarden?

1. Een concurrentiebeding wordt schriftelijk vastgelegd.
2. Het brutojaarloon (bedragen 01.01.2025) van de werknemer bepaalt of het beding geldig is:
   •    Bij een jaarlijks brutoloon minder dan 43.106 euro is het concurrentiebeding ongeldig.
   • Bij een jaarlijks brutoloon tussen 43.106 en 86.212 euro is het concurrentiebeding enkel geldig voor een beperkt aantal functies:
     •   het administratief- en kaderpersoneel
     •   het keukenpersoneel:
       o de "chef de partie";
       o de onderchef(fin) van de keuken;
       o de kok(kin) die alleen werkt;
       o de keukenchef(fin).
     •   het zaalpersoneel:
       o de oberkelner(in)/maître d’hôtel en zijn plaatsvervanger;
       o de wijnkelner(in);
       o de barman/barmeid;
       o de chef-gerant.
   •    Bij een jaarlijks brutoloon boven 86.212 euro is het concurrentiebeding geldig.
3. Het beding is geografisch beperkt tot een straal van 5 km vanaf de plaats van tewerkstelling.
4. Het concurrentiebeding is tijdsgebonden en kan niet ingeroepen worden als de arbeidsovereenkomst binnen de eerste zes maanden stopt.
5. Het concurrentiebeding is ook nietig als je als werkgever het contract beëindigt zonder dringende reden of als de werknemer ontslag neemt met dringende reden.
6. Het concurrentiebeding mag niet langer lopen dan 12 maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst.

Aandachtspunten voor de werkgever

• De toepassing van het concurrentiebeding is niet kosteloos: je betaalt de werknemer een eenmalige en forfaitaire vergoeding als compensatie voor zijn loonverlies. Zo wordt het verlies vergoed dat de werknemer lijdt doordat hij niet zomaar overal kan gaan werken.
• Het bedrag van de vergoeding is gelijk aan de helft van het brutoloon van de werknemer dat overeenstemt met de duur van het concurrentiebeding. Bijvoorbeeld: een concurrentiebeding met een duur van twaalf maanden (maximaal) geeft aanleiding tot een vergoeding van zes maanden loon.
• Wil je als werkgever geen gebruik maken van het concurrentiebeding, dan breng je de werknemer binnen de 15 dagen na het einde van de arbeidsovereenkomst hiervan schriftelijk (en best aangetekend) op de hoogte.
• Wanneer je werknemer het concurrentiebeding overtreedt, dan heb je recht op een terugbetaling van de forfaitaire vergoeding die hij eerder ontving als compensatie voor het loonverlies en een bedrag dat jou als werkgever schadeloos stelt. Een rechter bepaalt de hoogte van dit bedrag.