Sinds hun introductie stijgt het aantal flexi-jobs elk kwartaal. Tot nu, want ook de flexi-jobs blijken niet immuun te zijn voor de coronacrisis en bijhorende sluiting.

Het aantal horecawerkgevers dat een beroep doet op minstens één flexi-job bedraagt 7.359 in het tweede kwartaal van 2020. Dat is een daling met 28 procent op jaarbasis. Een deel van de werkgevers zet dus bij de heropening in juni hun flexi’s nog niet terug aan het werk. Toch maken nog steeds drie op de tien horecawerkgevers gebruik van flexi-jobs tijdens het voorjaar van 2020.

Eerste terugval flexi-jobs sinds invoering

De coronacrisis hakt nog steviger in op het aantal flexi-jobs en de hoeveelheid arbeid die ze samen verrichten. Doorheen het tweede kwartaal van 2020 zijn er 20.864 flexi-jobs (-51%), goed voor een werkvolume van 1.537 voltijdsequivalenten (-73%). Het werkvolume daalt sterker dan het aantal arbeidsplaatsen door de verplichte sluiting gedurende meer dan twee derden van het kwartaal. Toch valt de horecasector dit voorjaar niet helemaal stil, dit dankzij de afhaalmaaltijden. Dat toont ook de grafiek met het aantal flexi-jobs en extra’s per week van de RSZ. Na de sterke terugval zijn er vanaf mei terug meer flexi’s aan het werk. Al blijft hun aantal beperkt tot aan de heropening in juni. 

Voor het eerst sinds hun introductie kent het aantal flexi-jobs dus een daling op jaarbasis. Voor de uitbraak van de coronacrisis noteerden de flexi-jobs sterke groeicijfers rond de 30 procent. Op die manier bereikten ze ook een aandeel van zes à zeven procent van het totale arbeidsvolume binnen de horecasector. Door de coronacrisis behoort de sterke groei van de flexi-jobs tijdelijk tot het verleden.  Hun aandeel binnen het arbeidsvolume stijgt niet verder door. De trend waarbij flexi-jobs binnen het gelegenheidswerk meer en meer aandeel inpikken van de extra’s zet zich wel door.

Nauwelijks flexi-jobs in Wallonië en Brussel

Het overgrote deel (93%) van de flexi-jobs vindt plaats in Vlaanderen. Daar verandert de coronacrisis voorlopig weinig aan. In Antwerpen en West-Vlaanderen vind je de helft van alle flexi-jobs in België terug. Meer dan vier jaar na lancering blijft het aantal flexi-jobs in Wallonië en Brussel beperkt. Voor gelegenheidswerk zijn extra’s er nog steeds populairder dan flexi-jobs, al verkleint het verschil. 
Waar de coronacrisis wel verandering in brengt is de verdeling per subsector. De eetgelegenheden (restaurants en fastservice) verhogen hun gezamenlijk aandeel van 61 procent in het eerste kwartaal naar 75 procent dit tweede kwartaal. De eetgelegenheden hebben dan ook beter kunnen inspelen op takeaway bij de verplichte sluiting. 

Gezondheidscrisis houdt 65-plussers niet tegen

25 tot 39-jarigen oefenen net niet de helft van alle flexi-jobs uit. Ondertussen blijft het aandeel 65-plussers met een flexi-job stijgen. Sinds gepensioneerden een flexi-job mogen uitoefenen, stijgt het aandeel 65-plussers traag maar gestaag. In het tweede kwartaal van 2020 daalt het aantal flexi-jobs in alle leeftijdscategorieën, maar de daling is wel het kleinst bij de 65-plussers. Hierdoor vergroten zij hun aandeel nog verder naar 9 procent. De gezondheidscrisis houdt gepensioneerden dus niet tegen om aan de slag te gaan als flexi-jobber.